In een van onze recente zaken betrof het de vraag wie nu aansprakelijk was voor de schade die ontstond na een achterop aanrijding door het afremmen voor overstekende eenden. In dit geval reed eiser op de provinciale weg. Gedaagde reed achter eiser. Toen eiser de eenden plotseling zag oversteken is hij afgeremd, waarna gedaagde op zeer korte tijd daarna op de auto van eiser is gebotst. Eiser houdt gedaagde aansprakelijk voor de door hem geleden schade.
Eiser voert aan dat hij langzamer reed dan toegestaan, namelijk de adviessnelheid van 60 km/u, op een weg waar 80 km/u gereden mocht worden. Eiser stelt dat gedaagde een te korte afstand heeft gehouden tot zijn voorganger. Gedaagde reed wel 80 km/u maar had adaptive cruise control in zijn auto, welke ervoor zou moeten zorgen dat er voldoende afstand tot de voorligger wordt bewaard. Deze adaptive cruise control zou tevens geen melding hebben afgegeven dat er een te korte volgafstand zou zijn. Zodoende stelt gedaagde dat hij zich heeft aangepast aan de snelheid van zijn voorligger. Nu eiser verder zou hebben geremd zonder verkeersnoodzaak, moet er sprake zijn van eigen schuld in de zin van artikel 6:101 BW zo stelt gedaagde.
De rechtbank beoordeelt de zaak en komt tot de conclusie dat gedaagde volledig aansprakelijk is te achten. De omstandigheden ter plaatse waren dusdanig dat gedaagde in het kader van zijn snelheid en volgafstand daarmee rekening had moeten houden, het was donker, er was een bocht naar rechts in de weg en tevens was er een afslag naar links. Ook lag rechts van de weg een fietspad. Verder betrof het een landelijke omgeving. Gedaagde had er rekening mee moeten houden dat er ter plaatse mogelijk overstekend verkeer (fietsers en voetgangers) of overstekende dieren aanwezig waren. Nu het donker was moet ook worden meegewogen dat gedaagde voor zijn zicht grotendeels afhankelijk is van de straatverlichting en zijn eigen koplampen. Tevens was het voor de rechtbank niet voldoende duidelijk wat de functie was van de adaptive cruise control en of deze wel daadwerkelijk was ingeschakeld. In de gegeven omstandigheden concludeert de rechtbank dat gedaagde onvoldoende afstand tot zijn voorligger heeft gehouden.
Verder komt de rechtbank toe aan de beoordeling van de eigen schuld aan de zijde van eiser. Hoewel er voor eiser geen directe verkeersnoodzaak was om te remmen, is het aan de andere kant niet verboden om te remmen voor overstekende dieren. Verder weegt mee dat eiser pas later door had dat het ging om overstekende eenden, maar dat hij aanvankelijk uit een reflex remde omdat hij in het zicht van zijn koplampen iets zag bewegen. Eiser remde dus voor een onduidelijke, potentieel gevaarlijke verkeerssituatie. Naar het oordeel van de rechtbank kan onder deze omstandigheden niet worden geconcludeerd dat de schade mede is ontstaan als gevolg van omstandigheden die aan eiser kunnen worden toegerekend.
Allesomvattend komt de rechtbank tot het oordeel dat gedaagde volledig aansprakelijk is voor de door eiser geleden schade. Zo blijkt dat ook in dit geval alle feiten en omstandigheden van belang zijn voor de beoordeling van aansprakelijkheid en eigen schuld bij verkeersongevallen.
De vindplaats van de uitspraak van de uitspraak is: ECLI:NL:RBOBR:2025:3871.
Wilt u meer weten over het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met ons kantoor op 0186-614477 of via info@vq-advocaten.nl.