Het kan voorkomen. Een tijdelijke arbeidsovereenkomst wordt eerder beëindigd met een vaststellingsovereenkomst, voordat de contractueel overeengekomen einddatum is verstreken. Wanneer deze vaststellingsovereenkomst toch wordt vernietigd, om welke reden dan ook, heeft deze dan wel te gelden als een rechtsgeldige aanzegging voor de contractueel overeengekomen einddatum?
Ja, zo oordeelde de kantonrechter te Rotterdam. Een werknemer had een tijdelijke arbeidsovereenkomst voor de duur van zes maanden, welke eindigde op 8 november 2024. De werknemer kreeg lopende het dienstverband een vaststellingsovereenkomst aangeboden waarmee een einddatum per 1 oktober 2024 werd overeengekomen. Deze vaststellingsovereenkomst werd door de werknemer ondertekend. Enige tijd later deed de bewindvoerder van de werknemer een beroep op vernietiging van de vaststellingsovereenkomst. Omdat de werknemer onder bewind stond was deze immers niet bevoegd de vaststellingsovereenkomst te ondertekenen. De bewindvoerder vorderde voorts de aanzegvergoeding, salaris over de periode 1 oktober 2024 tot 8 november 2024, en de transitievergoeding.
De rechter stelde zich op het standpunt dat de aanzegvergoeding niet dient te worden voldaan. De arbeidsovereenkomst dient minimaal één maand voor het verstrijken van de einddatum aan de werknemer te worden aangezegd. Uit een beschikking van het gerechtshof Den Haag van 22 april 2025 is gebleken dat een werkgever niet verplicht is zijn aanzegging te richten aan de bewindvoerder. Dit omdat niet de aanzegging leidt tot het einde van de arbeidsovereenkomst, maar het verstrijken van de tijd waarvoor die is aangegaan. Tevens kan uit de bedoelde uitspraak volgens de kantonrechter worden afgeleid dat de aangeboden (en ondertekende) vaststellingsovereenkomst kan worden aangemerkt als een rechtsgeldige aanzegging in de zin van artikel 7:668 lid 1 sub a BW. De vernietiging van de vaststellingsovereenkomst treft in dat kader dan ook alleen het eerder eindigen van de arbeidsovereenkomst, maar niet de mededeling waaruit blijkt dat de arbeidsovereenkomst niet meer zal worden voortgezet na de contractueel overeengekomen einddatum. Immers mag duidelijk zijn dat de werkgever kenbaar heeft gemaakt de arbeidsovereenkomst niet te willen voortzetten. Dat met een vernietiging van de vaststellingsovereenkomst de einddatum weer verschuift naar de contractueel overeengekomen einddatum maakt die mededeling niet anders. De aanzegvergoeding is aldus niet verschuldigd.
Ter zake het salaris over de periode van 1 oktober 2024 tot 8 november 29024 oordeelt de kantonrechter dat deze eveneens niet verschuldigd is. Nu de bewindvoerder een beroep deed op de onbekwaamheid van de werknemer om de vaststellingsovereenkomst te ondertekenen, en dus een verzoek had gedaan tot vernietiging, had het ook op diens weg gelegen werknemer erop te wijzen zich uitdrukkelijk voor werkzaamheden beschikbaar te houden. Dit is niet gebeurd en werknemer is voorts niet op het werk verschenen. Conform artikel 7:628 lid 1 BW heeft een werknemer geen recht op loon indien hij de bedongen werkzaamheden niet verricht en dit in redelijkheid voor rekening en risico van de werknemer dient te komen. Daarvan was in dit geval sprake.
De vordering van de transitievergoeding is door de kantonrechter wel toegewezen. Aan de voorwaarden is voldaan en het eindigen van de arbeidsovereenkomst met werknemer hield geen verband met ernstig verwijtbaar handelen of nalaten zijdens de werknemer.
Uit het bovenstaande kan worden afgeleid dat een vaststellingsovereenkomst (bij een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd) als rechtsgeldige aanzegging heeft te gelden. Ook als deze achteraf wordt vernietigd. Om vervolgens aanspraak te kunnen maken op salaris tot aan de einddatum van de voorliggende arbeidsovereenkomst is het wel van belang dat een werknemer zich uitdrukkelijk beschikbaar houdt voor het verrichten van werkzaamheden.
De vindplaats van de uitspraak van de kantonrechter is: ECLI:NL:RBROT:2025:6544
Wilt u meer weten over het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met ons kantoor op 0186-614477 of via info@vq-advocaten.nl.
